Handel
Beschrijving
De handel in koloniale voorwerpen en goederen stond aan de basis van de vorming van collecties in Nederland. Handel en verkoop speelden een centrale rol in de circulatie van deze voorwerpen in Europa. Tegen het begin van de 20ste eeuw had de koloniale kunsthandel zich in Nederland tot een bloeiende business ontwikkeld. Musea kochten regelmatig bij handelaren en veilinghuizen, niet alleen in Nederland, maar ook in andere Europese koloniserende landen, met name Duitsland, België, Frankrijk en Groot-Brittannië. Diezelfde handelaren en veilinghuizen waren bronnen voor privécollecties, van waaruit voorwerpen soms later weer in museumcollecties terechtkwamen.
Bekende handelaren die koloniale goederen aan musea en particulieren verkochten waren de firma’s Van Lier (1927-1996), Aalderink (1930-2023) en Lemaire (1933-heden) en de Amsterdamse veilinghuizen Frederik Muller & Co. (1876-1961) en Mak van Waay (1918-1974). In Den Haag waren de winkels de Groote Koninklijke Bazar (1841-1927) en Boeatan (1903-1949) gespecialiseerd in oosterse kunstnijverheid.
Een andere connectie met handel was de handel in koloniale producten en grondstoffen, zoals rubber, ivoor, katoen en tabak. Ten behoeve van de handel in deze goederen werden groothandelsfirma's opgericht. De medewerkers van deze handelshuizen verzamelden (kunst)voorwerpen in het kielzog van hun werkzaamheden. Een voorbeeld is de Nieuwe Afrikaansche Handels-Vennootschap N.V. (NAHV, 1880-1982) dat handel dreef in Centraal-Afrika. Een groot aantal Afrikaanse voorwerpen, vooral uit Congo, is door personen die aan dit bedrijf verbonden waren aan Nederlandse musea geschonken.
Naar de Nederlandse koloniale kunsthandel is nog weinig onderzoek gedaan. Er is meer bekend over de invloed van de handel op de kunstproductie in de gekoloniseerde gebieden. Gedurende de gehele koloniale periode zijn er kunstenaars uit herkomstlanden geweest die inspeelden op de vraag naar objecten vanuit Europa. Deze kunstenaars gingen zowel voor de eigen markt werken als voor de verkoop aan buitenlanders. Ook de transacties van dit type objecten, dat vroeger bekend stond als toeristenkunst, behoren tot de koloniale verzamelpraktijken.
De handel in koloniale objecten gaat door tot op de dag van vandaag. Daarom kan herkomstonderzoek soms ook betrekking hebben op handelaren die na de koloniale periode hun werkzaamheden begonnen of veilingen die recent hebben plaatsgehad.
Herkomstonderzoek
Vergeleken met de handel in westerse kunst, worden de archieven van handelaren in etnografica en niet-westerse voorwerpen minder vaak bewaard in archiefinstellingen. Wanneer handelaren in beide kunstgenres handelden, lijken soms alleen de archieven met betrekking tot westerse kunst bewaard. Als er wel bedrijfsarchieven bewaard zijn, bevinden die zich doorgaans in het archief van de gemeente waar het bedrijf gevestigd was. Ook het RKD (Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis) en het Nationaal Archief beheren enkele archieven van handelaren in kunst uit koloniën.
In verband met de privacy-wetgeving geven veilinghuizen de namen van de inbrengers niet prijs voor veilingen die korter dan 50 jaar geleden plaatsvonden. Toch loont het om navraag te doen, al is het maar om een globale omschrijving van de inbrenger te krijgen. De internationale veilinghuizen, zoals Christie’s en Sotheby’s, hebben gespecialiseerde medewerkers in dienst die inlichtingen verstrekken voor herkomstonderzoek. Een belangrijke bron zijn catalogi van veilingen in niet-westerse voorwerpen. De twee grootste bibliotheken op dit terrein, die van het RKD en het Rijksmuseum, hebben ook geannoteerde catalogi met soms aantekeningen over de voorwerpen, kopers en verkopers.
De bibliotheken van het RKD (Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis) en het Rijksmuseum hebben omvangrijke collecties catalogi van veilingen die in Nederland zijn gehouden, waaronder ook veilingen van niet-westerse voorwerpen. De gedigitaliseerde veilingcatalogi van het RKD zijn beschikbaar via de databank Art Sales Catalogues Online. Deze databank is gratis te raadplegen op locatie in de Rijksmuseum Research Library en het RKD.
Voor zowel het RKD als de Rijksmuseum Research Library geldt dat een groot deel van de catalogi nog niet digitaal is ontsloten en nog niet vindbaar in de bibliotheekcatalogus. Het is wel mogelijk om contact op te nemen met beide bibliotheken, onder vermelding van datum en naam van het veilinghuis, en dan kijken de medewerkers of de betreffende catalogus aanwezig is.
De Franse portal AGORHA bevat informatie over personen en instellingen die betrokken waren bij de handel in kunst en archeologische voorwerpen.
Bronnen
- Art Sales Catalogues OnlineDatabase gebaseerd op het Répertoire des Catalogues de Ventes Publiques door Frits Lugt. De gedigitaliseerde veilingcatalogi van het RKD zijn ook via deze database toegankelijk. — https://primarysources.brillonline.com/browse/art-sales-catalogues-online
- Corbey, Raymond. Tribal art traffic: A chronicle of taste, trade and desire in colonial and post-colonial times. Amsterdam: Royal Tropical Institute, 2000.
- Willink, Joost. De bewogen verzamelgeschiedenis van de West-Centraal-Afrikaanse collecties in Nederland (1856-1889). Proefschrift Universiteit Leiden, 2006.
- AGHORADatabase van het Franse nationale instituut voor kunstgeschiedenis (INHA). Bevat informatie over personen en instellingen die betrokken waren bij de handel in kunst en archeologische voorwerpen. — https://agorha.inha.fr/